Waarom ik zo verliefd ben geworden op de Noorse boskat.

Mijn eerste ontmoeting met een groep Noren was bij een vriendin, toen ik daar binnenkwam werd ik verwelkomd door meerdere prachtige Noren. Ze kwamen gelijk bij mij zitten en ik werd bedolven door liefde en energie. Uitermate sociale dieren met een imposant uiterlijk. Ik was zo verliefd dat er al gauw werd besloten tot de aanschaf van een Noortje, dit werd Wild Cat’s Trixie Whitley. Nu 4 jaar later hebben wij een kleine cattery en werd ons eerste nestje in juli 2020 geboren.

De Noorse boskat is een ontzettend mooi dier om te zien, naast hun stoere uiterlijk hebben ze een fijn karakter wat veel mensen aanspreekt. De Noor is een sociaal rustig en evenwichtig ras en is speels tot op hoge leeftijd. Daarnaast voelt de Noor zich door zijn sociale karakter al snel thuis met soortgenoten, honden en kinderen.

 

Het karakter:

De Noorse boskat is een rustige en vriendelijke kat die heel tolerant is naar zowel mens als dier. De Noor kan prima als binnen kat gehouden worden maar gaat graag naar buiten als daar de mogelijkheid toe is. Daar kan het zich lekker uitleven en klimmen en klauteren. Een afgeschermde tuin of een ren zou dan ook ideaal zijn voor de bospluizen. Spelen doen ze graag en daarbij kun je ze  door hun leergierige gedrag van alles leren, bijvoorbeeld apporteren vinden ze fantastisch. En wat is er leuker dan zo’n interactie tussen kat en eigenaar. De Noor is enorm nieuwsgierig en interesseert zich ook voor alles wat er om hun heen gebeurd.

 

Afkomst van de Noorse boskat:

De Noorse boskat komt van oorsprong uit de Scandinavische landen zoals Noorwegen en Zweden, waar ze nog steeds in het wild te vinden zijn. In de jaren 30 van de vorige eeuw werd de interesse in deze “kat-lynxen” zoals ze genoemd werden, steeds groter. In 1977 werd de Noorse boskat officieel erkend als ras in het stamboek.

 

Uiterlijk van de Noorse boskat:

De Noorse boskat is groter dan een gemiddelde huiskat al ogen ze al snel groter door hun flinke poten en overvloedige haardracht. De ondervacht is wollig en ze hebben een waterafstotend bovendek welk stevig aanvoelt en halflang is. Heel kenmerkend bij de Noorse boskat zijn de pluimpjes op hun oren ook wel tuffs genoemd en flinke beharing vanuit de oren. Hun uiterlijk kenmerkt zich door een wigvormig hoofd, grote ronde voeten en lange haren tussen de voetzolen (snowshoes). In de winter, wanneer de Noor zijn winterjas aan heeft zien ze er imposant uit met een bef, volle kraag, volle broek (aan de achterpoten), pluimstaart en dikke dichte vacht. In de lente verliest de Noor zijn winterwol maar zijn volle pluimstaart blijft. De Noorse boskat groeit relatief langzaam, pas tussen hun 3e en 5e levensjaar zijn ze volledig uitgegroeid. Een volwassen poes weegt gemiddeld tussen de 3,5-6 kg en een volwassen kater gemiddeld tussen 5-8 kg.

 

Verzorging van de Noorse boskat.

De vacht van een Noorse boskat behoeft niet veel verzorging. Om klitten te voorkomen en in juiste conditie te houden is wekelijks kammen met een grof getande metalen kam over het algemeen voldoende. In de ruiperiode is het belangrijk de loszittende ondervacht te verwijderen door iets vaker te kammen, hierdoor voorkom je klitten of vilt

 

Erfelijke ziekten:

Noorse Boskatten hebben een aantal genetische gezondheidsproblemen die ze kunnen treffen, deze zijn:

Hypertrofische cardiomyopathie (HCM)

Dit is de meest voorkomende hartaandoening die bekend is bij katten en veroorzaakt vergroting van de hartspier.

 

Pkdef=Pyruvaat Kinase Deficiëntie 

PK staat voor Pyruvaat Kinase. Dat is een enzym dat een belangrijke rol speelt bij de energie stofwisseling.

Def staat voor Deficiëntie , oftewel te kort. Bij PKdef is er sprake van een tekort aan energie in onder andere de rode bloedlichaampjes. De rode bloedlichaampjes functioneren daardoor niet meer naar behoren en sterven vroegtijdig af. Het gevolg is Anemie, oftewel bloedarmoede. De kat krijgt onder andere bleke slijmvliezen. Bloedarmoede als gevolg van een versnelde en verhoogde afbraak van rode bloedlichaampjes noemen we een Hemolytische Anemie.

 

PKdef symptomen 

De symptomen die met PKdef gepaard gaan zijn die van hemolytische anemie: Sloomheid, moe, gebrek aan eetlust, bleke en soms wat gelige slijmvliezen. De urine kan ook donkerder worden van kleur zijn en vaak is de milt vergroot. Meestal zijn de  verschijnselen nogal vaag en variëren ze in tijd. Dit betekend dat een PKdef-lijder altijd een kort tegemoet gaat? Nee, dat hoeft dus niet zo te zijn. Katten die aan PKdef lijden kunnen nog vrij oud worden. De oudste kat waarbij PKdef is vastgesteld is 14 jaar geworden. Maar het ziekteverloop kan ook tegenvallen en dan zijn de vooruitzichten minder rooskleurig.

 

PKdef is niet te genezen. Alleen de symptomen zijn te bestrijden. Vroeg of laat zullen de gevolgen van PKdef bij de lijders kenbaar worden. De ernst is niet te voorspellen en de leeftijd waarop dit gebeurt evenmin.

Testen kan al op zeer jonge leeftijd. Dat gebeurt met een eenmalige DNA-test. 

 

Glycogeenstapelingsziekte:

Dit is een stofwisselingziekte waarbij suikers niet goed worden opgeslagen door  het lichaam. In de meesten gevallen komt deze ziekte voor bij kittens en is vaak zo ernstig dat ze niet langer dan een paar maanden zullen leven.

Een gentest is beschikbaar om erachter te komen of een kat drager is van het gen.